|
||||||||
|
Sommige muzikanten slagen er gewoon niet in om groot te worden, ondanks hun onmiskenbare talent. De Amerikaanse gitarist Ledfoot is één van hen. Van deze Amerikaanse zanger / singersongwriter / gitarist, bij de burgerlijke stand bekend als Tim Scott McConnell, verschijnt eind deze maand zijn zesde album "Coffin Nails". Zo’n vijfentwintig jaar geleden vestigde McConnell zich in Noorwegen en nam in 2006 de artiestennaam Ledfoot aan. En die periode voor en na is gevuld met heel wat noemenswaardige feiten. De man werd in 1958 geboren in een trailerpark in Florida. Op zijn vijftiende begon hij te spelen in clubs en cafés die gefrequenteerd werden door de net iets minder gefortuneerde medemens. Twee jaar later verhuisde hij naar New York, waar hij in al de bekende undergroundclubs speelde. CBGB’s, Max’ Kansas City en de Mud Club zijn maar een paar van de plekken waar hij optrad. In 1979 vervoegde hij The Rockats, een band waarmee hij een deal versierde bij Island Records. De vijf daaropvolgende jaren tourden ze doorheen de VS. Nog eens vijf jaar later startte hij samen met Smutty Smiff The Havalinas. Drummer van dienst was Charlie ‘Chalo’ Quintana, ooit lid van Social Distortion. De man beroerde ook de vellen bij niemand minder dan Bob Dylan. Elektra kwam als winnaar uit een gevecht in regel voor het mogen tekenen van The Havalinas. Het verschijnen van hun debuut ging gepaard met een indrukwekkende tournee waarin onder meer geopend werd voor Chris Isaak en Tina Turner. Het zou echter bij deze ene plaat blijven, aangezien Tim Scott in 1993 besloot om naar Noorwegen te verhuizen. In het Hoge Noorden tekent hij bij Warner Music. McConnell brengt "Deceivers And Believers" uit in 1994. Dit album bezorgt hem heel wat airplay in zijn nieuwe thuisland en bij uitbreiding in heel Europa. Twee jaar later neemt hij nog een plaat op voor Waterfall Records én neem Bruce Springsteen "High Hopes" op voor de "Blood Brothers"-EP, een nummer dat McConnell schreef. Vele jaren later had hij voor het album "White Crow" (2019) welgeteld zeven jaar nodig, want toen verscheen zijn derde album "Gothic Blues" (2011). In 2020 verscheen van Ledfoot nog het meer melodische singer-songwriter duo-album "A Death Divine" dat hij samen met TNT’s Ronni Le Tekro opnam. Zijn vorige album "Black Valley" (2021) was dus meer de ware opvolger van zijn vierde album "White Crow" dat in 2019 een Spellemansprisen (een soort van Noorse Grammy) won in de categorie ‘Best Blues Album’! Op zijn nieuwe album "Coffin Nails" nodigt Ledfoot ons uit naar een muzikaal landschap dat in het verlengde van zijn vorig album ligt. De kenmerkende sound is er natuurlijk nog steeds, maar "Coffin Nails" neemt een stap opzij van het typische gothic blues geluid van Ledfoot's vroegere albums met een sterkere singer-songwriter attitude en met teksten en een geluid dat dichter bij de murder ballad traditie staat, met briljante teksten die de donkere kant van de geest verkennen. In de stilistische voetsporen van de vorige albums "White Crow" en "Black Valley", blijft hij zijn muzikale kosmos verkennen onder de titel "Coffin Nails" en presenteert hij 10 songs in de traditie van de murder ballads, die tekstueel diep en briljant vooral gewijd zijn aan de duistere aspecten van het menselijk bestaan. Deze teksten gaan vaak, maar niet uitsluitend, dan ook over onderwerpen die typisch zijn voor de blues. Over vervreemding, over voortdurend onderweg zijn en over de bekentenissen van eeuwige verliezers die wanhopig in opstand komen tegen de meedogenloze tredmolen van hun sombere bestaan. De hoofdpersoon ziet zichzelf als een outlaw, weg van de maatschappij. Het openende "Perdition" is een sombere moordballade waarin de lyrische ik zonder wroeging verslag doet van zijn zondige leven. Het daarop volgende en zelfs pittige "Coffin Nails" viert een ongebreidelde wil tot vrijheid die door niets of niemand kan worden bedwongen. In het sombere "I've Never Been" probeert de hoofdpersoon, verdoemd voor zijn wandaden, tevergeefs een kort uitstel van de duivel te bedingen. De melancholische ballade "House Of Restitution" is een dringende herinnering dat je op een dag moet betalen voor alles wat je in het leven doet. Het nummer "Escape" bevat ook een beetje sarcastische maatschappijkritiek en waarschuwt voor de alomtegenwoordige gevaren van sociale netwerken, waar alleen nepvriendschappen en surrogaatbevrediging bestaan. Zo steekt een ander nummer "The Day I Died", de draak met hypocrisie en valse rouw op de begrafenis, en draait het afsluitende "How I End My Day", om de vergeefse strijd tegen slechte gewoonten. In het booklet lezen we 'Nobody produces this shit.... I just play', maar het album is wel gemasterd door Winter Lazerus (Diana Ross, Steely Dan, Stevie Wonder) en komt muzikaal heel direct en authentiek over. Live opgenomen en direct op tape in slechts twee dagen, is dit Mcconnell's meest rechttoe rechtaan, persoonlijke en ongefilterde release, die gedijt op zijn donker charismatisch timbre, wat een intens uitgevoerde mix van gothic blues, rock en songwriter folk oplevert. Ledfoot heeft zo'n een expressieve stem, die soms aan Bob Dylan, soms aan Johnny Cash doet denken. Zijn uitstekende compositorische kwaliteiten en zijn technische speelvaardigheid worden opnieuw op indrukwekkende wijze gedemonstreerd.
|